Hoe worden subsidiegelden voor het wegwerken van leer- en taalachterstanden ingezet?

Zoals bekend zijn er door de overheid subsidiegelden beschikbaar gesteld om de leer-en taalachterstanden opgelopen door corona te verkleinen of zelfs weg te werken. Een groot aantal scholen hebben deze subsidie toegezegd gekregen maar worstelen nu met de vraag, hoe gaan we dit geld op een effectieve wijze inzetten.

We hebben bij KW1C (KMVO) en Praktijkschool Uithoorn navraag gedaan op welke wijze zij de subsidietrajecten zijn aangevlogen en nu ten uitvoer brengen.

De inzet van subsidiegelden bij KW1C

In gesprek met Andrea van Bokhoven- van Kan (teamleider KMVO) en Susan van Gerwen (zorgcoach KMVO) van KW1C.


Door een ander rooster vanwege corona en een grotere instroom van nieuwkomers en statushouders was na de zomervakantie al snel duidelijk dat er behoefte was om voor, voornamelijk deze doelgroepen, een extra ondersteuningsprogramma te ontwikkelen.

De studenten zijn minder fysiek op school en missen daardoor mogelijk de aandacht en de noodzakelijke begeleiding. De opstart van het schooljaar begon met het inregelen van alle IT-faciliteiten en het lesmateriaal, daarna kon medio oktober gestart worden met het subsidietraject. De meeste studenten gaan dit schooljaar later op stage waardoor er nu meer tijd is voor extra Nederlandse taallessen. 

In overleg met de coördinator projectgroep subsidie, Danny Johan is er voor de studenten van KMVO gekozen voor een traject van 10 weken, 1 ochtend per week, 3 uur ondersteuning. Deze extra uren vallen buiten het reguliere rooster. Dit maakt dat het voor sommige studenten wel even schakelen was, omdat ze voor de thuissituatie zaken moesten regelen om deze extra uren te kunnen volgen. Over het algemeen zijn de studenten gemotiveerd en zien het belang van goede Nederlandse taalbeheersing in. Andrea zegt: ‘Een goede communicatie met de leerlingen is een must en dus ook een goede afstemming tussen docent en student, tussen de docent en de vakdocent. Niet alleen de kennis van de Nederlandse taal maar zeker ook de kennis van het vakjargon gericht op de beroepskeuze is van groot belang.

Het is noodzakelijk dat leerlingen tijdens hun stage de Nederlandse taal in voldoende mate beheersen om deel te kunnen nemen aan het arbeidsproces’. Het traject is inmiddels goed van de grond gekomen mede door de coördinatie vanuit de zorgcoach en de inzet van ervaren NT2-docenten die ook bekend zijn met het niveau van de studenten. Naar alle waarschijnlijkheid krijgt het traject in het nieuwe jaar een vervolg en wordt er verder ingegaan op woordenschat, verdieping van het vakjargon en begeleiding tijdens de stage.

Susan is zorgcoach en is de spil tussen de flexdocenten, docenten Nederlands en de vakdocenten. Zij geeft aan dat een goede onderlinge afstemming en samenhang erg belangrijk is om het project te kunnen doen slagen. Coördinatie en evaluatie zijn nodig om het resultaat en het rendement te kunnen beoordelen. 

Andrea, de teamleider van KMVO, geeft aan dat er geen standaard ondersteunings-programma binnen KW1C is voor de inzet van de subsidiegelden. Voor iedere afdeling wordt er een eigen maatwerk traject opgesteld. Feeling, betrokkenheid en optimale binding met studenten zijn de sleutelwoorden voor het beste resultaat. Voor dergelijke trajecten is standaard niet de oplossing maar hebben docenten en studenten voordeel van maatwerk afgestemd op de behoeften. 

 

De inzet van subsidiegelden Praktijkschool Uithoorn

Judith Baggen, orthopedagoog Praktijkschool Uithoorn aan het woord:

Judith vertelt over de noodzaak van voldoende kennis van de Nederlandse taal voor leerlingen van een praktijkschool. De Praktijkschool Uithoorn krijgt steeds meer leerlingen met een migratie achtergrond waardoor extra ondersteuning voor taal door een ervaren NT2-docent wenselijk was. Via via is de Praktijkschool in contact gekomen met Bisbee en is Judith samen met collega’s in gesprek gegaan met Tanja Woudenberg en Frank van Leeuwen van Bisbee. De leerlingen blijven tot en met de leeftijd van 18 jaar op de praktijkschool. De meeste leerlingen verlaten de school met een baan, sommige stromen uit naar het mbo (entree-opleiding), een enkeling naar een vorm van dagbesteding.

Judith stelt dat om zelfredzaam te kunnen zijn in onze maatschappij, het nodig is om het Nederlands voldoende te beheersen. Extra oefening is hierbij benodigd. Dit komt mede omdat de leerlingen de Nederlandse taal onvoldoende beheersen. Alles draait tenslotte om het begrijpen, spreken en schrijven van de Nederlandse taal. In samenspraak met Bisbee is er gekozen voor een aantal trajecten zoals toetsing van het niveau van de leerlingen aan de hand van een nulmeting, het inzetten van een NT2-docent voor de begeleiding van de leerlingen, workshops voor teamleden (didaktiek voor NT2 en interculturele communicatie), samenwerking van de NT2-docent met de RT’ers inzake extra ondersteuning. Door de diversiteit in aanpak heeft Judith contact met meerdere medewerkers van Bisbee. Voor Judith is het prettig dat Bisbee hen op alle fronten goed kan ontzorgen. 

De NT2-docent van Bisbee was al snel een volwaardig teamlid en is van toegevoegde waarde voor de school, de leerlingen, het team en de ouders. Op dit moment wordt al zichtbaar dat de gekozen aanpak een goede keuze geweest is. Het project is gestart in oktober en is nog volop in ontwikkeling. Er wordt samen met Bisbee gekeken hoe de ondersteuning een vervolg zal gaan krijgen in 2021. Tot nu toe is de samenwerking succesvol.

Wilt u meer informatie over het wegwerken van taal- en leerachterstanden? Klik dan hier om contact met ons op te nemen.

Bisbee wil graag met u van gedachten wisselen over het inrichten en uitvoeren van een project- of studieweek. Zo worden de extra uren geclusterd hetgeen voor de school beter te organiseren is en leerlingen na schooltijd vrij zijn.

Voor meer informatie of het maken van een afspraak info@bisbee.nl of bel ons via telefoonnummer: 073-6409390