Docentenblog: "Mijn werk is niet gedaan, want ik had tijd voor mezelf nodig"

Hoe om te gaan met de generatie Y en Z in mijn klas

Geschreven door: Mariska van Berkel, Adviseur en trainer talenonderwijs. 

 

‘Vandaag staat de presentatie van Cherely op het programma. Cherely, kom je naar voren?’

‘Mevrouw, ik heb het niet voorbereid. Ik had een off-day gisteren.’

‘Sorry?’

‘Mijn hoofd zat te vol. Ik moest echt even aan mezelf denken, anders ging het mis. Even helemaal niets. Dat heeft u toch ook wel eens mevrouw? Dat je je niet helemaal ‘happy’ voelt?’

‘Ik zag je gisterenmiddag nog in Mecca. Lekker met je koffietje havermelk. Echt he!’ roept Gio door de klas. Hij vindt er ook wat van en laat dit ons even duidelijk weten.

‘Ja, so what? Ik had tijd voor mezelf nodig. Mijn hoofd leeg maken, zeg ik toch. Even in de zon, even bijkomen van een druk weekend.’

Generatie Z noemen ze deze jongeren volgens mij, of ook wel Peter Pan-generatie of achterbankgeneratie. Ik noem het prinsjes en prinsesjes. De generatie die niet volwassen wil worden. Ze willen vooral doen wat ze ‘leuk’ vinden, ze nemen de tijd om te genieten en leggen het huiswerk dus opzij als het zo uitkomt. Ze denken dat de hele wereld aan hun voeten ligt en dat alles vanzelf hun kant opkomt. ‘Ik zou zo advocaat kunnen worden, zegt mijn moeder, maar ik weet nog niet of ik het wil.’ Ik heb het serieus iemand horen zeggen in een mentorgesprek.

Minder plezier in mijn werk

Ik geef nu zo’n twintig jaar Nederlandse les op een ROC en ik merk dat het contact tussen de studenten en mij steeds stroever verloopt. Ik weet niet of zij er iets van merken, maar ik heb er last van. Ik erger me aan de houding en de motivatie van mijn studenten. Ik loop tegen het ‘prinsessengedrag’ van mijn meiden aan. Het valt me op dat ik steeds minder zin heb in leuke gesprekken, in ‘echt’ contact. Ik moet helaas tot de conclusie komen dat de afstand steeds groter wordt tussen hen en mij.

Was het vroeger zo dat we lol hadden met elkaar, nu voel ik me de boze politieagente die orders uitdeelt. Was ik eerder nog geïnteresseerd in hun levens, nu denk ik alleen maar: ‘verwend kind, je hebt niets te klagen, een schop onder je …… achterwerk is wat je nodig hebt.’

Ben ik een verzuurde ‘boomer’ aan het worden, om maar in de taal van de jeugd te blijven? Of is het tijd voor de Peter Pan-generatie om eens op te groeien en verantwoordelijkheid te nemen? Ik heb besloten om hier verder in te duiken, want ik wil weer plezier in mijn werk krijgen. Misschien ga ik mijn prinsesjes weer leuk vinden, wanneer ik meer begrip krijg, wanneer ik meer open ga staan. Het is de moeite waard om het uit te proberen, dus duik ik in de wereld van mijn ‘Dat-kan-ik-echt-niet-kunt-u-mij-helpen’ snobjes.

Wie is Generatie Z? of is het Y?              

Goed onderzoek begint bij een goede definiëring. Is het generatie X, Y of Z? Ik heb vele termen voorbij zien komen, maar wat is het verschil? In principe zouden we kunnen stellen dat generatie Y geboren is tussen 1985 en 2000. Ze worden ook wel screenagers genoemd (opgegroeid met schermpjes), Peter Pan of prestatiegeneratie. Een interessante documentaire hierover is terug te kijken via NPO Start. Het woord prestatie wordt bij deze generatie genoemd vanwege de druk die zij voelen om te presteren. Het gaat hier om de druk vanuit de maatschappij, maar ook vanuit hun ouders. Ik vraag me af of we hier kunnen spreken van een ‘generatie’, mijns inziens gaat het hier om een specifieke groep in de samenleving. Maar goed, waar we het wel over eens zijn is dat deze generatie opgegroeid is in een periode van welvaart en technologische vooruitgang, maar ook van terreurdreiging en milieuproblemen.

De generatie Z is geboren tussen 2001 en 2015. Ze worden ook wel Igeneration (Internet) of Centennials genoemd. Geboren en getogen met internet. Deze digital natives doen veel verschillende dingen tegelijkertijd: Netflixen, muziek luisteren, ondertussen huiswerk maken en als het even kan ook nog Appen, Snappen en Insta checken. 

De lijn is dun tussen Y en Z. Ik zie veel overeenkomsten. Ze zijn mondiaal georiënteerd, ze volgen veel Engelstalige socials en series. Opgroeiend met Google als beste vriend, worden ze ook wel de Einstein generatie genoemd. Die begrijp ik eerlijk gezegd niet helemaal. Wordt er bedoeld dat ze veel kennis hebben? Of kunnen ze veel opzoeken en weten ze daarom veel? Of ze kunnen veel opzoeken en is daarom hun algemene kennis juist heel laag? Een Interessant thema om later een blog over te schrijven.

We hebben ze zelf gecreëerd

Ja, ja, lieve leeftijdsgenoot-Boomers, we did it ourselves! Anneke Groen en Herman Vuijsje schrijven in  hun recent verschenen boek Eindeloos ouderschap. Zorgen voor je kinderen houdt nooit meer op dat de huidige generatie ouders is doorgeschoten in het zorgen voor en vrienden willen blijven met hun kinderen. Waar ouders een halve eeuw geleden klaar waren met de zorg voor hun kinderen als die de deur uit waren, gaat de huidige generatie ouders eindeloos door met het geven, zowel financieel als emotioneel: ‘Babyboomers wilden de afstandelijke omgangsvormen uit hun eigen jeugd vermijden, maar sloegen daarbij door naar het andere uiterste door ‘vrienden’ te willen zijn met hun kinderen.’ Ze stellen dat met deze ontwikkeling een nieuwe generatie jongeren en hun ouders is ontstaan: ‘Hiermee lijkt een volgende fase aan te breken in het proces waarbij kinderen steeds langer ‘kind’ blijven: de periode waarin zij afhankelijk zijn van hun ouders wordt opgerekt naar de jongvolwassen leeftijd.’

Herkenbaar? Ik moet in ieder geval meteen schuld bekennen. De afstand die je zelf gevoeld hebt als kind naar je ouders, dat zal jou niet overkomen. Ik luister, ik geef aandacht, ik help, ik begeleid. Kortom: ik ben er. Altijd. En meteen voel ik die discrepantie. Want als docent wil ik zelfstandigheid, eigen initiatief en onafhankelijkheid van mijn studenten! Ik wil presentaties over twee weken. En nee, ik kan hierin niet 30 studenten individueel begeleiden. En nee, niet mekkeren, maar gewoon doen!

De zwakke, maar ook de sterke kanten bekijken

Generatie Y en Z, ze kwamen en komen allemaal voorbij in mijn klas. Ik scheer ze over één kam en noem ze mijn studenten. Mijn studenten groeiden op in een andere maatschappij dan wij, zij genoten een andere opvoeding dan wij. Onze studenten krijgen wellicht meer aandacht van hun ouders en dat maakt hen een beetje verwend. Toch voel ik de twijfel in mijn vingers wanneer ik deze zin typ. Want zie ik niet ook de schrijnende gevallen in mijn klas van meiden die juist géén aandacht krijgen? Moeders die fulltime werken en er dus niet zijn als ze thuiskomen? In tijdschrift HP De Tijd (06, 2017) is een stuk te lezen van Beatrijs Ritsema waarin het onderscheid wordt gemaakt tussen de kinderen van welgestelde helikopterouders met een gepamperde opvoeding en de kinderen die in armoede worden grootgebracht.

Mijn studenten zijn extraverter en assertiever dan dat wij in onze jeugd waren. Autoriteit betekent minder voor hen dan voor andere generaties. Aan deze jongeren is jarenlang verteld dat zij ‘alles kunnen worden, wat ze maar willen’. Hierdoor werken ze misschien minder hard aan zaken die hen niet interesseren, maar kunnen ze daarentegen met ongekend veel enthousiasme en inzet werken aan onderwerpen die hen wél fascineren.

‘Je werkt om te leven, niet andersom’. Ik heb het mijn ouders niet horen zeggen, het is wel het credo van onze jongeren. Ze willen vrijheid, flexibiliteit en autonomie. Ze willen zzp-er worden, of liever nog: digital nomad. De wereld rondreizen en ergens op een  mooie hotelkamer aan het strand je laptop openslaan om te werken.

Hun valkuilen zijn, als je het mij vraagt, een korte spanningsboog en verveling. Als je ziet in welk tempo de filmpjes op TikTok voorbijkomen, word je als boomer duizelig. Een filmpje duurt een paar seconden en hop, daar is alweer een volgend shot afleiding. Sta je even te wachten op de bus, dan pak je je telefoon en gelukkig word je meteen vermaakt. Zelfs naar de wc of onder de douche kunnen we geanimeerd worden, met podcasts bijvoorbeeld. Er is altijd afleiding, er is altijd vertier. Dit zorgt ervoor dat de concentratieboog erg kort is en dat ze een presentatie (in een les) of een documentaire al snel saai vinden.

Hoe  geef ik les aan generatie Y en Z?

Het belangrijkste dat ik leerde tijdens mijn onderzoekje was het besef dat we in andere tijden en met andere ouders zijn opgegroeid. Ik begrijp beter waarom ik, met een nogal calvinistische opvoeding, perfectie en hard werken verwacht van mijn studenten. Ik zie ook in dat dit anders is wanneer je een vrije opvoeding hebt genoten waarin verteld werd dat je vooral moet doen wat je zelf wilt, wat je LEUK vindt.

Het zijn andere tijden, zo simpel is het. En ik mag hier wat meer in meegaan. Ik ben bereid me meer aan te passen. Andere werkvormen, andere manieren van leren. Welkom in the twenties!

Dus zie ik  een Peter Pannertje (sorry, het blijft een leuke term) die extreem ongemotiveerd lijkt? Dan bedenk ik dat het niet altijd onwil is. Misschien heeft hij alleen een nieuwe uitdaging nodig. Afwisseling is het toverwoord. Auw, ik voel direct alweer mijn pijn. Want in mijn achterhoofd popt al meteen de gedachte op dat ze moeten luisteren én gehoorzamen. Het is er ook niet binnen een dag uit, stel ik mezelf gerust.

Goed, geen docent die op hun vingers kijkt dus, wel één die er is als ze er niet uitkomen..

De volgende tip: Informatie verkrijgen ze het liefst online. En video’s spreken meer aan dan boeken.

Een flexibele werkstijl is daarnaast ook een belangrijk thema.  Werken, en dus ook huiswerk maken, kan altijd en overal. In plaats van vaste werkmomenten en geleide methodes hebben ze liever doelen. Een opdracht moet binnen een bepaalde termijn af, hoe dat vullen ze zelf in. Ze zoeken de uitleg zelf wel even op Youtube.

Vrijheid, vrijheid, vrijheid, dat willen ze. En weet je wat het is… misschien ben ik stiekem wel een beetje jaloers.

Door Mariska van Berkel

Mariska is 20 jaar docent geweest. Ze was docent Spaans, Nederlands en NT2 op het mbo. Ook heeft zij lesgegeven op een ISK in Rotterdam. Mariska is bij Bisbee werkzaam geweest als docentencoach en werkt momenteel als taaltrainer bij Bureau ICE.  

 

Wil jij ook gastblogger worden voor Bisbee Flexonderwijs?

Neem dan contact met ons op via marketing@bisbee.nl